Pinus nigra 'Nigra'

De Oostenrijkse den (pinus nigra ‘Nigra’) is een boom uit de dennenfamilie (Pinaceae). De boom komt van nature voor in Oostenrijk, Midden-Italië, de Balkan en Anatolië en kan goed tegen de wind. Daarom wordt de ‘Nigra’ vaak aangeplant als natuurlijk windscherm in kustgebieden. Verder dient de plant in duinen ervoor om het zand vast te houden.

Aan de takken van de Oostenrijkse den zitten stijve, donkergroene naalden. ze zijn gekromd en hebben een scherpe punt. De kleur van de boomschors van de ‘Nigra’ is zwartbruin tot donkergrijs. De schors is schubbig en ruw wat een speels effect geeft. In april komen er kleine, geelgroene bloemen aan de ‘Nigra’. Van mei tot en met juni ontstaan daaruit jonge, groene dennenappels. De groene tot grijsbruine kegels zijn eivormig en gepunt en 5 tot 8 cm lang.

Zo verzorg je de pinus nigra ‘Nigra’
De pinus nigra ‘Nigra’ houdt van een zonnige standplaats maar doet het ook goed in de (half)schaduw. Qua grondsoort stelt deze Oostenrijkse den weinig eisen. Het is een boom die goed tegen de droogte kan en genoegen neemt met vrij arme grond. Zorg er wel voor dat de grond goed gedraineerd blijft en verrijk de grond jaarlijks eventueel met wat humus. Omdat de ‘Nigra’ van nature al een mooie piramidevorm heeft, hoef je de boom nauwelijks te snoeien. Wil je ervoor zorgen dat je boom niet te groot wordt? Snoei hem dan één keer per jaar bij in juni.